Algemene Informatie Diplomazwemmen
Kinderen leren via de ABC-methode op een veilige, leuke en snelle manier zwemmen. Het Zwem-ABC van de Koninklijke Amsterdamsche Zwemclub 1870 bestaat uit drie Nationale Zwemdiploma’s: A, B en C. Het Zwem-ABC is bij ons gericht op kinderen vanaf vijf jaar. De zwemdiploma’s A en B zijn daarin waardevolle tussenstapjes, maar wie het complete Zwem-ABC op zak heeft, is pas een échte vriend van het water geworden. In Nederland zijn kinderen zwemveilig als zij aan de eisen van het zwemdiploma C voldoen.
De ZwemABC Niveaus
Het Zwem-ABC traject bestaat uit 7 niveaus. Elk niveau heeft zijn eigen kleur en prioriteit met betrekking tot het aanleren van de zwemslagen. Bij ieder niveau doen wij ons best om de lesstof zoveel mogelijk te laten aansluiten bij het kind. Binnen de eisen voor een niveau is de docent vrij om de les in te vullen, Daardoor kunnen er verschillen zijn op het gebied van tijd, lesstof, afstand, materialen en de manier van het overbrengen van kennis.
Mensen verschillen in de manier waarop ze dingen leren. De een moet het zelf uitzoeken, de ander wil het in woorden uitgelegd of heeft behoefte aan een voorbeeld. De docent heeft de taak om uit te vinden welke manier het best werkt voor het kind. Is een kind toe aan een volgend niveau dan kan de docent het kind in samenspraak met de coördinator doorzetten naar het volgende niveau.
Niveau 1 Rood – Watervreesvrij maken
Niveau 2 Geel – Rugslagen
Niveau 3 Groen – Buikslagen
Niveau 4 Blauw – Diepwater gewenning
Niveau 5 Oranje – Met kleding (gelijk aan het A-diploma)
Niveau 6 Zwart – Met kleding (gelijk aan het B-diploma)*
Niveau 7 Wit – Met kleding (gelijk aan het C-diploma)*
* Zwemt uw zoon of dochter in badje 5 (oranje), 6 (zwart) of badje 7 (wit)? Uw zoon of dochter bevindt zich dan in de afzwemgroep voor het A-, B- of C-diploma. Dit betekent niet dat uw of zoon of dochter bij het eerstvolgende examenmoment deelneemt. Pas als hij of zij er klaar voor is. Dit bepaalt de docent.
Instroom, doorstroom en uitstroom
We werken met lesblokken van 9 weken. Aan het begin van elk lesblok is er een instroommoment waarop een nieuwe groep kinderen gezamenlijk start en aan het eind van ieder blok is er een uitstroommoment in de vorm van afzwemmen.
Het instroommoment volgt steevast het uitstroommoment op. De snelheid waarmee iemand zijn A-, B- & C- diploma behaalt, wordt bepaald door de snelheid van het aanleren van zwemvaardigheden. Iedereen ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. Doorstromen naar een volgend niveau is op ieder moment mogelijk. Wanneer het kind er klaar voor is, zal -in overleg met de docent- een volgende stap worden gezet.
Het voordeel van vaste instroom- en uitstroommomenten is dat duidelijkheid wordt geboden naar alle betrokken partijen: kinderen, ouders, docenten, stagiaires, administrateurs, bestuur, etc. Deze structuur zorgt voor rust bij zowel de kinderen als de docenten. Wij ervaren dat wanneer kinderen in groepsverband het avontuur van het leren zwemmen aangaan, structuur het plezier in de lessen bevordert en het gevoel van veiligheid en vertrouwen versterkt. Met andere woorden, de kinderen voelen zich hierdoor meer en sneller op hun gemak met als resultaat dat zij zich de zwemslagen gemakkelijker en met plezier eigen maken
Zwemvaardigheid (1, 2 & 3)
Wanneer uw kind in het bezit is van een C-diploma is het mogelijk om deel te nemen aan ons Zwemvaardigheidsprogramma. Tijdens Zwemvaardigheid worden de zwemslagen verder verbeterd. Daarnaast wordt er gewerkt aan verschillende survival technieken, zwemmend redden en onderwater oriëntatie.
Bij de zwemvaardigheidslessen leer je je zwemslagen verbeteren en onderdelen van de wedstrijdsporten, zoals zwemmen en overgooien met een bal (waterpolo), startduik en keerpunten van het wedstrijdzwemmen en een paar technieken uit het synchroonzwemmen. Ook survival, reddend zwemmen en onderwater oriëntatie horen bij zwemvaardigheid.